Log in

Op zoek naar een cursus?

Gebruik dan de cursuszoeker.

Zoek je cursus

Maak hier je keuze

Kei Stedelijk Opleidingsorkest, kinderen Juniorenorkest, kinderen Jeugdorkest, 10-14 Symfonieorkest, jongeren

Orkesten, 7-20 jaar

Bespeel je een instrument dan wil je natuurlijk samen met anderen muziek maken in een orkest. Je bent bij de Muziekschool van Scholen in de Kunst aan het juiste adres. Je bent van harte welkom bij één van onze Amersfoortse orkesten. Schrijf je in en ontdek het plezier van samen muziek maken!

Naast onze orkestladder – juniorenorkest, jeugdorkest, symfonieorkest- bieden we ook het Keistedelijk Opleidings Orkest, speciaal voor harmonie en fanfare instrumenten. Informatie daarover vind je hier.

De Muziekschool van Scholen in de Kunst verzorgt ook de orkesten van de Bachschool. Informatie daarover vind je hier.


Orkestladder in Amersfoort

De orkesten van onze orkestladder repeteren op woensdag in de St. Franciscus Xaveriuskerk in het centrum van Amersfoort. Na inschrijving word je ingedeeld op leeftijd en instrument.

Muziekleerlingen van onze Muziekschool kunnen gratis deelnemen aan één of meerdere van onze orkesten. Ook leerlingen van andere muziekscholen in Amersfoort, Soest en Leusden zijn van harte welkom om mee te spelen in onze orkesten. In veel gevallen is deelname kosteloos. Neem voor informatie contact met ons op.


Juniorenorkest > 8-12 jaar

Het Juniorenorkest van Scholen in de Kunst bestaat uit ongeveer 65 kinderen in de leeftijd van 8 tot 12 jaar. De orkest voor de jongste instrumentalisten repeteert op woensdagmiddag van 15:00 tot 16:15 uur. Met meeslepende muziek wordt op een speelse en vrolijke manier het samenspelen geleerd. Dirigenten: Stieneke Nagel en Klaske de Haan.

Jeugdorkest > 10-14 jaar

Het Jeugdorkest van Scholen in de Kunst bestaat uit ongeveer 50 kinderen in de leeftijd van 10 tot 14 jaar. Het repeteert op woensdagmiddag van 16:30 tot 17:45 uur. Dit orkest speelt naast klassieke muziek ook veel filmmuziek en af en toe echte swing. Dirigenten: Jan Schoonenberg en Bram Peeters

Symfonie-orkest > 12-20 jaar

Het Symfonieorkest van Scholen in de Kunst bestaat uit ongeveer 65 jongeren in de leeftijd van 12 t/m 20 jaar. Het repeteert op woensdagavond van 18:00 tot 19:30 uur. Het orkest heeft een symfonische bezetting en een veelzijdig repertoire, van klassiek tot pop. Dirigenten: Jan Schoonenberg en Bram Peeters.

Onze docenten

Liesbeth Vernout

Meer info

Liesbeth Vernout

‘Als leerlingen een beetje verliefd worden op de trompet…’

Achtergrond
• Liesbeth studeerde Muziekwetenschappen in Utrecht; had een eigen muziekuitgeverij, en besloot pas daarna professioneel verder te gaan met de trompet. Ze behaalde haar diploma docerend musicus in 2004 en studeerde HaFa-directie aan het Artez conservatorium Arnhem.   
• Liesbeth geeft sinds 2004 trompetles bij Scholen in de Kunst.
• Ze dirigeert daarnaast onder meer het Kei Stedelijk Opleidingsorkest. 

Als docent
‘De leerling en ik hebben allebei iets met de trompet, die gemeenschappelijkheid is mijn uitgangspunt. Vervolgens zie ik mijzelf als iemand die het leren beheersen van het instrument begeleidt, coacht. Daar is geen specifieke manier voor. De weg hangt af van de leerling, wat zoekt een leerling? Wat vindt hij? En wat brengt hij zelf in? Ik richt me op de zelfstandigheid van leerlingen, ongeacht of ze ‘goed’ zijn in trompetspelen of niet - ik wil dat ze het gevoel krijgen iets te beheersen en dat ze daarvan kunnen genieten. Het verschil tussen de leerlingen maakt lesgeven juist zo boeiend.’ 

Ruimte geven
‘Meestal begin ik bij kinderen met lekker uit het hoofd spelen. Maar als ze meteen nieuwsgierig zijn naar de nootjes, beginnen we daarmee. Vervolgens wil ik leerlingen vooral de ruimte geven dingen te doen die niet per se in ‘het boekje’ staan. Uiteraard is het bijbrengen van de basistechniek van het trompet spelen het essentiële onderdeel van het speel-leerproces. Maar het is zo mooi als iemand komt met iets wat ik niet verwacht, of zegt: “Kijk eens wat ik kan op de trompet!” Dan weet ik: daar ga ik op aansluiten! Vervolgens zijn er zoveel methodes waar we mee kunnen werken, ik kijk altijd wat past. Dat houdt kinderen gemotiveerd en enthousiast.’  

Oefenen
‘Ik geef aan wat leerlingen thuis kunnen oefenen, maar als ze terugkomen met wat anders - ook prima. Ik hoop dat ze doen wat mogelijk is, en vooral dat ze spelen vanuit eigen enthousiasme. Lukt dat niet, dan kan ik ze vaak helpen – samen met ouders kan ik de trukendoos opentrekken. Bijvoorbeeld een roostertje maken, dat vinden vooral pubers fijn. Maar ook bij hen werkt eigen verantwoordelijkheid het beste, zelf de kick ervaren van mooi spelen. Ik spreek wel eens af dat we even helemaal niks thuis oefenen, alleen maar op les. Dan zegt de puber al snel: “Ik wil toch wel íets doen!” Als jongeren bang zijn trompetspelen niet te kunnen combineren met bijvoorbeeld de brugklas, stel ik ze gerust en werken we lekker op de les en dan komt het oefenen ook weer. Voor leerlingen uit de HaFa-wereld die zelf graag een examen willen doen, of leerlingen die naar concoursen gaan maak ik afspraken over wat er van ze gevraagd wordt.’  

Samenspelen
‘Ik kom zelf uit de uit de wereld van de harmonie en fanfare, en in mijn studententijd speelde ik in symfonieorkesten. Met die achtergrond stimuleer ik het samenspelen graag, vaak is het sociale aspect heel motiverend. Bij de leerlingen die van de harmonie en fanfare komen, gaat dat vanzelf. Er zijn ook kinderen die liever alleen, puur met hun instrument bezig willen zijn. Het kan hen helpen in het dagelijks leven: leren doorzetten, of als afleiding, of gewoon omdat ze het fijn vinden om te doen.’  

Geluksmomentjes…
‘Er zijn zoveel dingen waar ik blij van word! Het enthousiasme van de kinderen; als leerlingen vrolijk de deur uitgaan; als ze met iets onverwachts komen. Of als ik zie dat leerlingen een beetje verliefd worden op de trompet.’  


Klaske de Haan

Meer info

Klaske de Haan

‘Bij mij leer je musiceren van binnenuit’

Hoe zou je jezelf willen omschrijven als docent?

‘Docent zijn betekent voor mij cursisten helpen muzikant te worden. Bij mij draait alles om speelplezier en positief leren. Ik laat cursisten graag zelf ontdekken. Zo worden het zelfstandige musici. Ik wil mensen graag helpen en vraag tijdens de les vaak wat ik kan doen om de ander verder te brengen. Mijn dag is goed als de leerling blij de les uit gaat.’

Je hebt een eigen lesmethode ontwikkeld, vertel!

‘Als docent zocht ik naar een manier hoe je het beste de hoorn kunt leren bespelen. Die kennis vond ik tijdens de master muziekeducatie volgens Kodály, die uitgaat van auditief leren. Dat loste bij mij zoveel dingen op bij het hoorn spelen. Alles viel op z’n plek: zo had ik het ook willen leren. Daarna heb ik die aanpak vertaald naar mijn eigen hoornmethodiek voor beginnende leerlingen, waarin ze spelenderwijs een innerlijke klankvoorstelling voor de natuurtonen ontwikkelen. Het mooie is dat technisch het instrument leren bespelen en musiceren zo samenkomen.’

Kun je vertellen hoe jij lesgeeft?

‘Voor mij is het belangrijk dat cursisten kunnen experimenteren en dingen kunnen uitproberen. Iemand die musiceert wil iets vertellen met zijn instrument aan de luisteraar. Dat leer je niet uit boekjes of door eindeloos noten te leren en toonladders te oefenen. Ik heb ontdekt dat het gaat om musiceren van binnenuit, wat wil zeggen dat je speels en met je gevoel het instrument volgt.’

Wat betekent dat musiceren van binnenuit?

‘In de les betekent dit dat ik samen met jongere leerlingen veel zing en ik ook luistervragen stel, zodat ze hun zogeheten ‘binnenoor’ ontwikkelen. We lopen door de ruimte, dansen, springen en doen muzikale spelletjes. Allemaal in een sfeer waarbij ze zich op hun gemak voelen. Naast opdrachten geven, ga ik graag in dialoog met de leerling. Zo ontdekken ze hun eigen ideeën en creativiteit. De leerling staat centraal; ik kijk echt naar wat iemand nodig heeft. Geen enkele les is hetzelfde, dat houdt het gevarieerd en interessant en past goed bij de tijdgeest.’

Wat vind je belangrijk dat ze leren?

‘Ik vind het belangrijk dat cursisten heel breed worden opgeleid. Je wordt muzikant en dat doe je niet door alleen de techniek aan te leren. Het gaat om innerlijke klankvoorstelling, om zelf leren voelen en ervaren. Het effect hiervan is dat leerlingen de lessen leuk blijven vinden. Als je vanuit je gevoel speelt, ontstaat er vanzelf iets nieuws. Ze leren om zelf betekenis te geven aan hun muziek, maken eigen muzikale keuzes en kunnen zich daardoor muzikaal uitdrukken op hun instrument.’

Wist je dit al over Klaske?

Klaske heeft twee jonge golden retrievers, waar ze veel mee speelt, wandelt en die ze traint.

Achtergrond

Klaske de Haan viel als 5-jarige al voor de hoorn als instrument, toen ze de fanfare voorbij zag komen. Na enkele jaren trompet begon ze als 12-jarige met hoorn spelen. Het warme geluid past bij haar. Ze studeerde hoorn aan de conservatoria van Groningen, Den Haag en Tilburg. En specialiseerde zich daarna in muziekeducatie en pedagogiek. Ze haalde vervolgens de Master Music Education according to the Kodály concept. Als hoornist werkte ze samen met diverse orkesten, waaronder het Residentie Orkest, het Radio Kamerorkest, het Nederlands Philharmonisch orkest, het Rotterdams Philharmonisch orkest en het Balletorkest. Ook speelde ze in diverse kamermuziekensembles.


Stieneke Nagel

Meer info

Stieneke Nagel

‘Dat was mooi hè! Nog een keer?!’

Achtergrond

• Stieneke kwam als 15-jarige in de jong talentklas van het Koninklijk Conservatorium in Den Haag bij Qui van Woerdekom.
• Vanaf 2001 begon ze haar Bachelor aan hetzelfde Conservatorium bij Jaring Walta en Peter Brunt. Tijdens haar master aan het Conservatorium in Utrecht bij Joyce Tan specialiseerde ze zich in de vioolmethodiek.
• Stieneke nam deel aan de methodiekklas in de dvd-serie ‘Vioolmethodiek’ die Qui van Woerdekom maakte in opdracht van het KC Den Haag .
• Vanaf 2007 is ze verbonden aan Scholen in de Kunst.
• Naast het geven van de individuele lessen begeleidt Stieneke samen met Klaske de Haan het Juniorenorkest van Scholen in de Kunst. 

Als docent

‘Lesgeven vind ik heel erg leuk. Toen ik na mijn afstuderen in orkesten speelde, keek ik vaak naar de violisten om me heen. Dan bedacht ik voor wie welke oefening geschikt zou zijn. Spelen is ook heerlijk, en belangrijk om te blijven doen, zodat ik blijf ervaren wat ik aan mijn leerlingen overdraag. Voor mij is het veel waard dat ik met kinderen mag werken, hen kan onderwijzen.’  

Ik wil mijn leerlingen natuurlijk de liefde voor de viool bijbrengen, maar ik zie het ook als mijn taak om ze te enthousiasmeren voor klassieke muziek in het algemeen. Ook wil ik ze graag meegeven hoe waanzinnig leuk het is om samen te spelen, in een orkest, in kamermuziekverband of samen in de les. Als ze dat in hun hart sluiten, dan blijft muziek voor altijd bij hen.

Daarnaast leren ze nog zoveel meer: oefenen en doorzetten in een tijd van appjes sturen en hup, meteen resultaat hebben. Het besef dat je soms eindeloos moet herhalen voordat je iets bereikt, maar dan ook verrast kunt worden door het resultaat. Dan laat ik ze iets spelen dat ze even geleden heel moeilijk vonden: “Weet je nog...? En kijk eens hoe makkelijk het nu gaat!” Ze zullen altijd iets hebben aan dat bewustzijn.

De lessen zijn vrolijk en gezellig en ik probeer mijn enthousiasme zo goed mogelijk over te brengen op de leerlingen. Waar nodig ben ik strikt en wijs ik leerlingen op de afspraken. Viool leren spelen vereist namelijk discipline en het is van belang dat meteen de juiste techniek wordt geleerd. Soms is het dan nodig om te zeggen: die hand moet gewoon zo, dit loopje studeer je op deze manier en wat in het schriftje staat, doe je gewoon – klaar. Dat klinkt misschien streng, maar volgens de kinderen is het vooral duidelijk.’

Methode

‘Toen ik als 15-jarige bij vioolpedagoog Qui van Woerdekom mijn lessen vervolgde, viel er nog heel veel te leren. Bij hem ontwikkelde ik heel bewust een goede basistechniek. Later leerde ik die bij Joyce Tan steeds meer toepassen in dienst van de muziek. Deze basis wil ik de kinderen ook meegeven: met de juiste techniek de vertaling maken naar de muziek. Als mijn leerlingen sterker of zachter willen spelen, weten ze wat ze moeten doen met hun streek. Als ze willen vibreren kunnen ze meer dan alleen een beetje ‘wiebelen’.’ 

Groepsles en individuele vioolles

‘In het eerste jaar hebben de kinderen elke week zowel groepsles als individuele les. In de groeples leren we de kinderen muziek maken vanuit het innerlijk gehoor: we spelen niet alleen viool, we zingen, we bewegen, we doen technische oefeningetjes, spelletjes en we leren noten lezen. Tijdens de individuele les werken we dat verder uit naar de behoefte van het kind. Na het eerste jaar zijn er veel mogelijkheden om op steeds hoger niveau door te gaan met samenspelen. Dat is echt de meerwaarde van Scholen in de Kunst. Alle kinderen mogen vanaf het eerste jaar in het Juniorenorkest spelen en stromen daarna door naar het volgende orkest. Alles binnen één school, dat is echt uniek. Voor mijzelf is ook de samenwerking met collega’s belangrijk: het regelen van samenspelen, elkaar scherp houden en geïnspireerd raken door elkaar.’  

Studeren

‘De motivatie voor vioolspelen komt uit het kind en samen met ouders haak ik daarop in. Ik probeer in de les genoeg mooie momenten te creëren waarop kinderen voelen dat ze iets leren waar ze thuis mee aan de slag willen en kunnen. Ik zoek materiaal dat bij hen past en dat voor hen leuk is om mij na een week weer te laten horen. Ook leer ik ze zelfstandig studeren. Voor thuis kunnen ouders zoeken welke benadering bij hun kind past: bij sommige kinderen werkt het als ouders zeggen: “Ik ga nu koken, werken, of stofzuigen, dan ga jij vioolspelen en doen we daarna samen gezellig boodschappen.” Anderen vinden het juist fijn als je met een kop thee naast ze gaat zitten.’ 

Geluksmomentjes…

‘Als ik samenspeel met een leerling en we ineens echt muzikale zinnen kunnen maken – dat de leerling mij dan aankijkt en zegt: “Dat was mooi hè! Nog een keer?!” Of, aan het eind van elk jaar, als de eerstejaars met z’n allen ‘solospelen’, met het Juniorenorkest. Dan staan ze daar op een rijtje zo ontzettend hun best te doen, in mooie jurkjes en jasjes, en dan spelen ze drie complete liedjes. Na afloop allemaal hyper. Als ik dan terugdenk aan hun eerste les, toen ze niet wisten hoe de viool op hun schouder moest… Dan voel ik me bevoorrecht dat ik kinderen zo’n mooie ervaring mee kan geven.’ 

Roel Vogel

Meer info

Roel Vogel

Toon meer docenten

Laat je inspireren!

Maak kennis met Klaus Mäkelä

De nieuwe chef-dirigent van het Concertgebouworkest

Concertgebouw Orchestra Young

luister naar jong talent uit Europa

Wie zit waar in een orkest?

Dat verschilt dus wel eens

Onze orkesten

Juniorenorkest, 8-12 jaar

Het Juniorenorkest van Scholen in de Kunst bestaat uit ongeveer 65 kinderen in de leeftijd van 8 tot 12 jaar. In dit orkest voor de jongste instrumentalisten, wordt op meeslepende muziek het samenspelen aangeleerd. Dirigenten: Stieneke Nagel en Klaske de Haan.

Juniorenorkest

Jeugdorkest, 10-14 jaar

Het Jeugdorkest van Scholen in de Kunst bestaat uit ongeveer 50 kinderen in de leeftijd van 10 tot 14 jaar. Het orkest speelt naast klassieke muziek ook veel filmmuziek en af en toe echte swing. Dirigent: Jan Schoonenberg.

Jeugdorkest

Symfonieorkest, 12-20 jaar

Het Symfonieorkest van Scholen in de Kunst bestaat uit ongeveer 65 jongeren in de leeftijd van 12 t/m 20 jaar. Het orkest heeft een symfonische bezetting en een veelzijdig repertoire, van klassiek tot pop. Dirigent: Jan Schoonenberg.

Symfonieorkest

Veelgestelde vragen over orkesten en ensembles

Als je op muziekles zit bij Scholen in de Kunst is er altijd plek in een orkest, ongeacht je niveau of het aantal lesjaren. Dus ook voor beginnende leerlingen is er plaats. Sterker nog, we stimuleren onze leerlingen om direct aan een orkest deel te nemen. Daarom is deelname gratis.

Bij de indeling kijken we vooral naar leeftijd en instrument. Zo zorgen we ervoor dat er een werkbare bezetting per orkest is en voorkomen we dat er teveel dezelfde instrumenten in een orkest terechtkomen. Plaatsing in het orkest gaat altijd in overleg met je docent. Na het Juniorenorkest kun je doorstromen naar het Jeugdorkest en uiteindelijk naar het Symfonieorkest. Een mooi begin van je muziekcarrière!

 

Een orkest is een groep musici, die verschillende muziekinstrumenten bespeelt. Orkesten worden meestal ingedeeld naar grootte. Voorbeelden zijn een groot symfonieorkest en een klein(er) kamerorkest.
Bij Scholen in de Kunst hebben we het over een ensemble als het om een groep dezelfde instrumenten gaat, b.v. alleen strijkers, alleen blazers, alleen saxofoons of alleen gitaristen. Zoals de Saxoholics en het Accordeonensemble. Maar een ensemble kan ook slaan op het genre, b.v. ons Jazzensemble, waarbij het repertoire uitgangspunt is.

 

In een klein (kamer)orkest bestaat de basisbezetting uit: 2 hobo’s, 1 fagot, 2 hoorns, 4 eerste violen, 4 tweede violen, 2 altviolen, 2 cello’s en een contrabas. In totaal 18 musici. Een groter kamerorkest heeft ook plaats voor fluiten, klarinetten, trompetten, pauken en meer strijkers. In totaal zo’n 34 personen. Een symfonieorkest varieert van 60 tot 126 musici. Het verschil met een kamerorkest is dat van bovengenoemde instrumenten er meer aanwezig zijn en deze worden aangevuld met saxofoons, trombones, tuba’s, slagwerk en harpen.

Scholen in de Kunst organiseert in vakanties o.a. een Orkestweek, Houtblazerskamp en (buitenlandse) orkestreizen/excursies. Twee keer per jaar vindt een Masterclassweekend plaats, waarin bekende musici masterclasses in het Eemhuis verzorgen. Zo hadden we o.a. harpist Remy van Kesteren en het Nederlands Blazersensemble in huis. Het cursusseizoen wordt afgesloten met samenspelweken, waarbij leerlingen worden uitgedaagd eens in andere, niet voor de hand liggende samenstellingen, samen muziek te maken!