Altvioolles

De altviool behoort samen met de viool, de cello en de contrabas tot de strijkinstrumenten en is bij uitstek geschikt voor samenspel.

Over altvioolles

Afhankelijk van fysieke mogelijkheden kun je vanaf 9 jaar beginnen met altvioolles. Het komt regelmatig voor dat kinderen eerst beginnen op een viool. Het overstappen van viool naar altviool gaat in overleg met de docent. 

NB Het lesgeld voor strijkinstrumenten is voor kinderen en jongeren hoger dan voor de overige instrumenten. Dat komt door de lestijd die standaard 5 minuten langer is.

Oefenen helpt

Natuurlijk hoort dagelijks oefenen bij het leren bespelen van een instrument. Het is belangrijk dat je elke dag even speelt en naarmate je wat verder bent, wordt dat wat langer. Hoe heerlijk is het om al meteen muziek te kunnen maken! Voor kinderen is het een goed hulpmiddel een vaste tijd per dag te reserveren. Positieve aandacht van de ouders of omgeving werkt zeer stimulerend! Hoe je kunt oefenen en hoe lang wenselijk is hoor je van je docent.


Wat kost altvioolles?

De kosten van altvioolles hangen af van de leeftijd van de leerling, het aantal minuten les dat je les wilt krijgen en de frequentie van de altvioollessen. De Muziekschool hanteert een standaard van 25 minuten les per week, waarbij je zelf lesminuten bij kunt kopen. Kinderen en jongeren die altviool willen leren spelen krijgen standaard 30 minuten les. Een overzicht van de kosten vind je op de pagina met tarieven.

Heb je nog vragen?

Je kunt altijd contact opnemen met onze klantenservice om te overleggen of een vraag te stellen.

Mogelijkheden

  • Type Muziek individueel
  • Docent Diverse docenten mogelijk
  • Locaties Eemhuis, ICOON, Hoogland
  • Prijs

    Kind € 840,00 (35 x 25min)

    Jongeren € 840,00 (35 x 25min)

    Volwassen € 1.015,00 (35 x 25min)

  • Je kunt je lesduur verlengen bij inschrijving, per 5 min is dat € 168,- of € 203,- op jaarbasis.

Laat je inspireren!

Bekijk een altvioolles

docent Jan Schoonenberg, leerling Tünde

Jong Nederlands altviooltalent

anuschka pedano

Samenspel & orkesten

gratis als je muziekles bij ons hebt!

Veelgestelde vragen

Is het moeilijk om altviool te leren spelen?

In het algemeen is het leren van een strijkinstrument wat moeilijker dan piano of gitaar. De noten hebben op een strijkinstrument geen vaste positie. Daarnaast kost het tijd om te leren hoe je je strijkstok vast moet houden en hoe je goed haaks op de snaren strijkt. Maar als je goed oefent, kun je na een paar maanden wel een eenvoudig liedje spelen.

Hoe lang duurt het om altviool te leren spelen?

Dat hangt natuurlijk af van hoeveel je oefent en wat je wil bereiken. Na een jaar of drie les kunnen de meeste mensen een aardig geluid uit hun altviool halen. Naast oefenen is samenspelen met anderen ook een enorme stimulans. Leerlingen die veel samenspelen leren sneller dan leerlingen die alleen individuele altvioolles hebben.

Zijn er speciale altviolen voor kinderen?

Ja, je kind kan op een speciale kinderaltviool beginnen. Altviolen zijn er in de maten 12″ tot 18″. Voor kinderen zijn de 12″ (1/2 vioolmaat), 13″ (3/4 vioolmaat) en 14″ (4/4 vioolmaat) geschikt, afhankelijk van hun postuur. Vanaf 15″ spreken we over hele altviolen , die tot 18″ gaan voor spelers met grote handen.

lees meer over huurinstrumenten

Onze docenten

Jan Schoonenberg

Meer info

Jan Schoonenberg

'Ik wakker graag de passie voor muziek bij anderen aan'

Kun je iets vertellen over hoe jij lesgeeft?

“Iedere leerling heeft zijn eigen leerroute en tempo bij het ontdekken en leren bespelen van de (alt-)viool. Daar ligt voor mij de uitdaging. Geduld en een lange adem zijn belangrijke aspecten bij het lesgeven. Het gaat erom niet alleen de leerling te volgen, maar ook om uitdagingen te verzinnen om ze te blijven stimuleren en motiveren. Dat doe ik door ze te laten ervaren wat muziek je brengt en door muziek(stijlen) te kiezen die bij hen passen. De leerling leert niet alleen de (alt-)viool te bespelen, maar het instrument vormt de leerling ook. Uitgangspunt blijft dat je probeert elke leerling zo goed mogelijk viool te leren spelen, zodat ze hun leven lang met plezier muziek kunnen maken.”

Wat voor soort leerlingen zijn bij jou op hun plek?

“Ik geniet van alle leerlingen, van jong tot oud. Maar ik heb wel een zwak voor bijzondere leerlingen die het soms even lastig hebben, die minder mee kunnen komen op school of niet in geijkte hokjes passen. Dan zoek ik een passende leerroute om ervoor te zorgen dat ook zij speelplezier ervaren. Dat ze zich gezien voelen. Ik vind het fijn iets te betekenen in de ontwikkeling van de gevoelswereld van mensen. Als ik aan hen mijn liefde voor musiceren kan overdragen, ben ik tevreden.”

Wat geeft jou energie bij het lesgeven?

“Ik geef al les vanaf het moment dat ik op het conservatorium zat. Het past bij me, ik heb er plezier in. Eerst combineerde ik het met mijn carrière als professioneel uitvoerend musicus, maar toen dat praktisch lastiger werd, richtte ik me volledig op het lesgeven en dirigeren van orkesten. Het mooiste vind ik om de passie voor muziek bij anderen aan te wakkeren. Zodat ze voelen wat muziek met hen doet.”

Je begeleidt ook enkele orkesten. Wat leren ze daar?

“Als jonge violist zat ik ook in een orkest: een hele belevenis. Het is bijzonder om te ervaren, zeker in deze individualistische maatschappij, hoe je samen muziek en klank kunt maken. Het gaat om collectief bepaalde technieken leren en daarbinnen je eigen geluid laten horen. Je speelt echt samen, volgt elkaar, gunt elkaar een hoofdrol en hebt daar dan een goed gevoel bij. Ik vind het van belang dat muzikanten zich thuis voelen in een orkest. De harmonie van samen muziek maken, zorgt ervoor dat je je even onderdeel voelt van die mooie muziekfamilie.”

Wist je dit al over Jan?

Behalve dat zijn leven vooral om muziek en cultuur draait – en hij getrouwd is met een violiste en Scholen in de Kunst-collega Marjanne Heus – is hij ook sportief. Hij badmintont graag en je kunt hem in het bos tegenkomen op zijn mountainbike.

Achtergrond

Jan Schoonenberg kreeg zijn eerste vioollessen in Arnhem, waarna hij altviool studeerde aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag bij José Stordiau, Ferdinand Erblich en Nobuko Imai. Hij rondde daar zijn docerend en uitvoerend musicus studie af. Hij speelde jaren in het Residentie-orkest, Radio Filharmonisch Orkest, Radiokamerorkest en als solo-altist in het Fryskorkest. Daarnaast speelde hij in diverse ensembles, zoals het Combattimento Consort Amsterdam, Schönberg-Ensemble, ASKO-Ensemble, Nieuw Ensemble en het Willem Breuker Kollektief. Nu werkt hij als viool- en altviooldocent en dirigent van het Jeugd- en Symfonieorkest bij Scholen in de Kunst en in zijn eigen praktijk bij het Arnhems Interscholair Orkest en Musica Montana in Amersfoort.

Marguerite de Waal

Meer info

Marguerite de Waal

‘Dat toverachtige, daar gaat het om’

Achtergrond 

• Marguerite studeerde viool aan het Utrechts Conservatorium, bij onder meer Emmy Verhey, Eeva Koskinen en ze nam deel aan de masterclasses van Viktor Liberman.
• Sinds 1987 geeft ze les bij Scholen in de Kunst.
• Marguerite speelt regelmatig in de beroepsorkesten en maakt graag kamermuziek in een duo of trio.

Als docent

‘Liefde voor muziek, plezier in muziek maken, dat wil ik mijn leerlingen bijbrengen. Vioolles is vaak een mijlpaal in de week, een vast gegeven. Op school gaat alles volgens een stramien, met de regels van taal en rekenen. Het is mooi als kinderen daarnaast even in een andere wereld zijn. Muziek is een wereld van gevoel, fantasie en optimisme. Ik streef er dan ook naar dat mijn leerlingen opgewekt de deur uitgaan. Maar ik kan ook streng zijn, zeker als jongeren naar het conservatorium willen.’

De vioolles

‘Als ik zie wat er in een kind zit, wil ik dat er heel graag uithalen. Dan ben ik heel geduldig. Ik zit niet zo vast aan een methode, maar kijk wat een kind aanspreekt. Voorspelen, naspelen, zingen, uitbeelden in muziek, noten lezen. Ik ben zelf opgeleid binnen de Russische vioolschool, ik houd van het zangerige spel en de warme vioolklank. Dat probeer ik over te brengen op mijn leerlingen, in combinatie met de praktische benadering van mijn pedagogiekleraar Qui van Woerdekom. Ik ga uit van het klassieke repertoire, maar als iemand Pirates of the Caribbean wil spelen, prima. Of musicalstukjes, vaak hebben die hele lastige ritmes, die gaan we dan uitzoeken, klappen totdat ze het voelen. Naast de individuele les hebben de strijkers in het eerste jaar ook groepsles ’

Studeren

‘Ik verwacht inzet en hoop dat de les zo inspirerend is dat de viool niet als een hockeystick voor een week in de kast belandt. In de les leer ik hoe mijn leerlingen het studeren aan moeten pakken. Ik begeleid veel op piano, dan klinkt het vaak zo leuk dat ze zin krijgen om thuis te studeren. Boeken met meespeel-cd’s, dat motiveert ook. En het helpt als ouders niet alles aan het kind overlaten, maar actief betrokken zijn, interesse tonen: “laat eens horen, wat heb je geleerd?” Liefst samen oefenen, maar in elk geval helpen herinneren, het is net als tandenpoetsen, gewoon doen.’

Geluksmomentjes…

‘Als we opeens echt muziek maken, buiten het metronomische om, als de timing en klankkleur zo is dat je kippenvel krijgt. Dat toverachtige daar gaat het om. Of als we samen heel erg moeten lachen.’

Marjanne Heus

Meer info

Marjanne Heus

‘Ik wilde als meisje viool spelen nadat ik het Dubbelconcert van Bach hoorde. Als ik dat op een gegeven moment samen met een leerling kan spelen, is de cirkel voor mij weer rond’

Achtergrond

• Marjanne studeerde aan het Koninklijk Conservatorium Den Haag, in de vooropleiding bij Qui van Woerdekom en hoofdvak bij Jacques Holtman en Leo Boelens.
• Vanaf 1988 is ze als viooldocent verbonden aan Scholen in de Kunst.
• Samen met Stieneke Nagel geeft ze ook de groepslessen viool. 

Als musicus 

‘Bij mijn afstuderen zei de commissie: “Wij zien in jou een hele goede docent.” Woest was ik!  Dat wilde ik niet horen: ik was uitvoerend musicus, remplaceerde in de orkesten. Ik wilde zelf spelen. Later realiseerde ik me dat het om een extra kwaliteit ging en dat het klopte. Ik heb me altijd al graag verdiept in methodiek en ik wil niets liever dan leerlingen liefde voor muziek overbrengen.’  

Als docent 

‘Volgens mij ben ik heel enthousiast. En doelgericht. Ik heb voor ogen wat ik wil dat mijn leerlingen kunnen na één jaar, maar ook na zeven jaar. Ik begeleid ze vaak van hun 8e tot hun 18e, een belangrijke periode in hun leven. Muziek raakt je hart, dus al ze ergens mee zitten, hoor ik dat vaak. We kunnen dat bespreken, of juist niet, dan helpt lekker muziek maken.’ 

Methode 

‘In mijn praktijk komt alles samen wat ik zelf heb meegekregen. Mijn eigen leraar, Qui van Woerdekom heeft hier in Amersfoort de groepslessen opgezet, in combinatie met individuele lessen, zoals we dat nog steeds ideaal vinden. Zijn methodiek is de basis voor onze vioollessen. Het belang van een goede houding heb ik van hem overgenomen. Ik ben zelf in de vooropleiding door Qui “recht gezet”, zoals hij dat noemde. In dat jaar werd de basis nog eens in sneltrein tempo overgedaan. 

Kodály 

Muziek maken begint voor mij met innerlijke klankvoorstelling en met zingen. Dat heb ik ook van vroeger meegekregen. Op school hadden we een leraar die werkte met de Kodaly methode [hyperlink] en thuis zongen we ook veel. Die basis draag ik over. We hebben onlangs als docenten een Kodály-cursus gevolgd. Elementen daarvan integreer ik in de groepsles.’ 

De vioolles 

‘Mijn leerlingen krijgen een klassieke scholing. Tijdens de lagere school probeer ik flink, voorwaarts mars, vooruit te komen. Veel techniek, aan de hand van leuke stukjes en samenspel. Als dan de puberteit begint, moet ik meestal gas terugnemen: “wegens verbouwing gesloten”. Dat is niet erg, we hebben al veel geïnvesteerd. Als ze met populaire muziek aankomen, ga ik daar graag in mee. Op een gegeven moment realiseren ze zich dat er weer oefeningetjes nodig zijn om verder te komen.’  

Studeren 

‘Ik verwacht dat mijn leerlingen studeren. Als ze jong zijn, kunnen ouders helpen discipline aan te brengen, ze stimuleren te beginnen, samen een vast moment bepalen. Ik betrek hen er graag bij door bijvoorbeeld videootjes van de les te sturen. We hebben boeken met meespeel cd’s, dat motiveert ook voor thuis en leert de kinderen goed luisteren.’ 

Geluksmomenten… 

‘Ik wilde als meisje viool spelen nadat ik het Dubbelconcert van Bach hoorde. Als ik dat op een gegeven moment samen met een leerling kan spelen, is de cirkel voor mij weer rond’ 


Sabine van Lier

Meer info

Sabine van Lier

‘Als de leerling ineens voelt: Aha, nu heb ik het!’

Achtergrond

• Sabine begon als meisje van vijf haar vioollessen bij Mea Fontijn op het Rotterdams Hellendaal Vioolinstituut.
• Ze haalde haar bachelor aan het Conservatorium van Utrecht bij Chris Duindam en studeerde in 2016 af voor haar master in Bremen bij Thomas Klug.
• Ze speelt geregeld mee in verschillende orkesten waaronder het Ciconia Consort en Het Promenade Orkest.
• Sabine maakt veel kamermuziek en heeft onder meer een vast duo met celliste Elisabeth Schijns, duo Sael. 

Als docent

‘Mijn eigen docenten hebben me altijd meegesleept in hun liefde voor de viool en in het plezier van muziek maken. Het voelt zo goed dat nu over te dragen. Het is een fantastisch beroep, maar ook als hobby is muziek maken geweldig! Volgens mij ben ik als docent geduldig en ook wel lief. Ik hoor graag wat leerlingen leuk vinden om te doen. Ik heb bijvoorbeeld iemand die altijd klassiek speelde, maar nu wat meer pop- en jazzachtige muziek wil spelen. Dan ga ik daar in mee. Uiteindelijk hoop ik dat leerlingen zich leren uiten in muziek, dat ze hun creativiteit en gevoelens vrijlaten. Ik leer ze daarom van begin af aan nadenken over wat ze willen, ik vraag naar hun ideeën over een muziekstukje. Is het vrolijk? Of klinkt het somber? Laat dat dan maar horen!’  

De vioolles

‘Ik begin met jonge kinderen meestal zonder boek. Eerst trainen we het gehoor en een goede houding. We zingen liedjes, doen ritmespelletjes en stokoefeningen. Langzaam beginnen we met de viool erbij voor het tokkelen van de liedjes. Ik vind het belangrijk dat kinderen eerst goed leren luisteren en naspelen als ik iets voorspeel, noten leren lezen komt pas wat later. Samenspelen is een essentieel onderdeel van de lessen. Samen met Marjanne Heus geef ik de eerstejaars groepslessen, die sluiten aan bij de individuele lessen. Zo ervaren kinderen meteen het plezier in samen muziek maken. In de jaren daarna is er voor iedereen de mogelijkheid dit plezier vast te houden in de verschillende orkesten hier op school.’ 

Oefenen

‘Tijdens de les probeer ik leerlingen te stimuleren thuis regelmatig te oefenen om zo verder te komen. Ik hoop dat ouders jonge kinderen helpen elke dag wat doen, anders heb je niet zo veel aan de les. Daarvoor hoef je als ouder echt geen muzikant te zijn. Toen ik zelf klein was, moesten mijn ouders er ook een beetje achteraan zitten. Als docent merk je echt of kinderen thuis een beetje hulp krijgen. Soms geef ik bij het huiswerk een weekschema. Met voor kleine kinderen een taakjeslijst die ze kunnen afvinken. Dat maakt het vaak leuker.’ 

Geluksmomentjes…

‘Als we bijvoorbeeld heel lang werken aan een techniekoefening en ineens voelt de leerling: Aha, nu heb ik het! Of als leerlingen een stuk zo goed beheersen dat er echt ruimte ontstaat voor muzikaliteit – het plezier dat ze er dan in krijgen!’  


Toon meer docenten